
De valstrik van ‘ja’ zeggen; waarom wij onze grenzen overschrijden!
Hoe komt het toch dat ik mezelf ‘ja’ hoor zeggen, terwijl alles in mij ‘NEE’ schreeuwt? Nee zeggen is niet altijd zo makkelijk. Zeker niet wanneer je een (werk-)relatie met die ander hebt. Je wilt graag een ‘goede verstandhouding’ met diegene. Maar hoe zorg je er nu voor dat je je grenzen aangeeft zonder de relatie met de ander te beschadigen? Pas overkwam mij het zelf nog dat ik geen nee durfde zeggen. Ik werd uitgenodigd door een vriendin om een avondje langs te komen. Hartstikke gezellig dacht ik, dus ik spreek direct met haar een datum af. Vervolgens vraagt ze of ik er rond 18:00 uur kan zijn. “Ik ga iets lekkers maken en dan hebben we daarna de hele avond om bij te kletsen”, zei ze enthousiast. Op dat moment bedenk ik me dat ik dan dwars door de spits moet reizen en er dus veel langer over doe om bij haar te komen. Dit kost niet alleen een avond, maar ook een deel van mijn middag. Dat was niet de bedoeling. Toch zeg ik: “Ja, gezellig”…
Is het altijd verkeerd om ja te zeggen, terwijl je eigenlijk nee had willen zeggen? Het antwoord daarop is niet in een ja of nee te vangen. Denk maar eens aan de momenten waarop je nee had willen zeggen, en je achteraf toch blij was dat je ja hebt gezegd. De keren dat je jezelf naar de sportschool sleepte, omdat je vriendin het vroeg en je je eigenlijk te moe voelde om te gaan. Hoe je toen achteraf toch de voldoening voelde van het sporten. Die verjaardag die onverwacht gezellig was. De taak die je niet durfde te weigeren en die vervolgens zorgde voor interessante nieuwe uitdagingen waar je energie van krijgt. Het kan dus soms goed uitpakken als je ja zegt, ook al heb je er eigenlijk niet zoveel zin in.
Wanneer je echter merkt dat je het zo moeilijk vindt om nee te zeggen dat je er last van krijgt, gaat er iets mis. Dan verlies je namelijk de controle, de grip op je eigen leven. Bezig zijn met zaken die energie kosten waar geen voldoening tegenover staat, zijn een aanslag op je energieniveau. Als daar niets tegenover staat waar je energie uithaalt, dan kan het gebeuren dat je voor zaken die voor jou belangrijk zijn geen fut meer hebt. En dat leidt weer tot nare gevoelens die je toch in eerste instantie door ja te zeggen wilde vermijden.
Wat leidt tot Lijden
In de psychologie is er veel onderzoek gedaan naar gedrag. Hoe komt het toch dat we keuzes maken die leiden tot ‘lijden’. Dit heeft alles te maken me het feit dat we sociale wezens zijn. We willen graag uniek zijn, maar daarnaast ook graag geaccepteerd en geliefd zijn. En dat komt soms met elkaar in conflict. Instemmen met iets wat je eigenlijk niet wil kan meerdere redenen hebben, waar vaak onbewuste gedachten een rol bij spelen. Ik beschrijf drie redenen waarvan ik in mijn praktijk heb ervaren dat ze een rol spelen bij het maken van keuzes in sociale situaties.
- Conflictvermijding. Wanneer je nee zegt, kan het zo zijn dat de ander teleurgesteld is, of erger nog, dat hij boos wordt op jou. En als er iemand teleurgesteld of boos is op jou, dan is dat meestal geen fijn gevoel. En daarom zeg je toch maar ja. Dat brengt wel spanning met zich mee, spanning die je liever niet wil voelen. Dit wordt in de psychologie ook wel cognitieve dissonantie genoemd. De cognitieve dissonantietheorie van Leon Festinger (1957) stelt daarover het volgende: Wanneer wat je wil en wat je doet niet overeenkomen, ontstaat er spanning. Vervolgens gaan we op zoek naar manieren om die spanning te verminderen. Dat doen we dan door bijvoorbeeld bij onszelf te denken ‘ach, zo erg is het nu ook weer niet om dit te doen’. Daarmee stel je als het ware jezelf gerust dat je toch een goede keuze hebt gemaakt. Vervelend dat je nu iets moet doen wat je niet wil, maar op dat moment is de spanning over de verkeerde keuze die je gemaakt zou hebben wel weg. En de reactie die je van de ander verwachtte, dat er teleurstelling of boosheid zou komen, heb je ook voorkomen. Daarmee ga je dan het conflict wat je verwacht als je nee zou zeggen uit de weg door jezelf wijs te maken dat het niet de moeite waard is om je er druk over te maken.
- Een lage zelfwaardering of zelfwaarde. Wanneer je jezelf niet als gelijkwaardig aan de ander ziet, heb je eerder de neiging om de ander belangrijker te vinden dan jezelf. Dus als iemand iets van je vraagt, ga je al snel mee met wat de ander wil. Deze zelfwaardering heeft te maken met hoe je naar jezelf kijkt en hoe je jezelf ziet ten opzichte van de ander. In deze beoordeling kijken we echter niet altijd even eerlijk naar onszelf en de ander. Dit blijkt uit de sociale vergelijkingstheorie van Leon Festinger (1954). Om een oordeel over onszelf te krijgen, vergelijken we ons met de ander. En dan is het maar net met wie je je vergelijkt. Vergelijk je je als voetballer met Lionel Messi of met een speler uit je eigen elftal. Je voelt misschien al aan dat het makkelijk is om nee te zeggen tegen iemand die je als gelijkwaardig ziet dan tegen iemand die je als superieur ziet.
- Opvoeding. In onze opvoeding krijgen we van alles mee. Ook hoe er van ons verwacht wordt dat we ons gedragen. Hoe je in sociale situaties gedraagt is dus voor een groot deel afhankelijk van wat je hebt meegekregen in je opvoeding. Heb je thuis geleerd dat je altijd iedereen moet helpen, of juist dat je goed voor jezelf moet zorgen. Je kan je voorstellen dat dat invloed heeft op de keuzes die je nu maakt als er iets van je gevraagd wordt. Ook cultuur speelt daarin een rol. Kom je uit een cultuur die meer op het individu gericht is, dan is het makkelijker om je eigen behoeften voorop te zetten dan wanneer je uit een cultuur komt waar de groep op de eerste plaats komt. Als je geleerd hebt dat het egoïstisch is om alleen aan jezelf te denken, dan wordt nee zeggen uit eigenbelang een stuk lastiger.
Wanneer je in een in situatie beland waarin je toch ja zegt op iets wat je eigenlijk niet wil, betekent het nog niet dat je er ook last van gaat krijgen. Zoals ik hierboven al beschreef, pakt het soms ook positief uit doordat je keuze je toch onverwacht nog iets oplevert. En hier komen we bij de kern van de vraag hoe je nu je eigen grens bewaakt. Het heeft allemaal te maken met hoeveel het jou kost als je ja zegt. En welk effect die kosten hebben op jouw welzijn. Het is helemaal niet erg om iets te doen wat je liever niet wil doen. Zolang er maar een balans is tussen de dingen die je energie kosten en de dingen die je energie opleveren. En die balans kan tijdelijk wel even doorslaan naar één kant, maar dat moet niet te lang duren. Zie het maar als een batterij die je elke keer leeg trekt, maar die vervolgens niet de tijd krijgt om weer volledig op te laden voordat je er opnieuw energie van vraagt. Elke keer is het energieniveau lager als je er opnieuw gebruik van wil maken. En op een gegeven moment kan hij zelfs helemaal leeg zijn.
Hoe trek je de grens voor jezelf?
Hoe weet je nu of je over je eigen grens heen gaat? Wanneer ben je zoals ze dat zo mooi noemen een ‘people-pleaser’? Als je merkt dat je regelmatig aan het eind van de dag geen energie meer hebt om iets te doen. Je voelt je futloos en weet eigenlijk niet meer wat je zelf graag wil. En toch ben je altijd druk met van alles, en dan vooral met zaken voor anderen. Als je merkt dat het je gemoedstoestand gaat beïnvloeden. Je wordt chagrijnig, mopperig of kortaf naar anderen. Dit zijn allemaal signalen die aangeven dat er iets aan de hand is. Dat je misschien iets aan het doen bent wat je onbewust (en misschien stiekem ook wel bewust) niet wil of kan. Jouw grens is dus meer iets wat je voelt dan wat je kan meten. Merk je dat het niet meer goed voelt, dan is het tijd om eens naar je eigen behoeften te kijken. Stel jezelf dan eens de volgende vragen:
- Onder welke omstandigheden heb ik mezelf laten verleiden om ergens ja op te zeggen terwijl ik eigenlijk wel wist dat het geen goed idee was?
- Bij wie gebeurt me dit?
- Wat was de reden dat ik toen toch ja zei?
- Wat voel ik daarbij?
Onderzoek of je motivatie om ja te zeggen voortkomt uit jouw eigen wil om de ander te helpen of uit angst voor wat jouw nee kan oproepen. Speelt dat nu ook? Vervolgens kan je voor jezelf de keuze maken wat je gaat doen. Heb je de juiste keuze gemaakt of kom je terug op je ‘ja’. En dat is soms een hele opgave. Het is namelijk moeilijk om achteraf te zeggen dat iets niet gaat lukken als we het al hebben toegezegd. Net zo moeilijk als het is om op het moment dat de vraag gesteld wordt nee te zeggen. Ook al weten we dat het voor ons eigen welbevinden veel beter is om dat wel te doen. Daarbij spelen alle motieven die we hadden om in de eerste plaats ‘ja’ te zeggen ook weer een rol.
Door wat laat jij je leiden?
De beslissing om iets te doen of om toch te weigeren is dus elke keer een afweging. Daarbij spelen veel zaken een rol; wie vraagt het, wanneer wordt het gevraagd en hoeveel energie heb je op dat moment. Het heeft dus niet altijd te maken met wat aan je gevraagd wordt, of wat je gevraagd wordt leuk is of niet. Ook te veel dingen oppakken die je heel leuk vindt, kan je uiteindelijk opbreken. En soms is het goed om in het groepsbelang iets op te pakken wat je zelf eigenlijk liever niet doet. Het helpt om regelmatig even bij jezelf te checken hoe je ervoor staat. Is er balans? Is je energiepijl nog op orde? En een weekje buffelen omdat iets gedaan moet worden is nog geen reden om bang te zijn dat je om gaat vallen. Belangrijk is om eerlijk te zijn tegen jezelf. Zeg je ‘ja’ omdat je wilt ‘pleasen’ of omdat je dit werkelijk wilt oppakken. Laat je je leiden door angst of maak je een bewuste keuze?
De vrijheid om te kiezen
Weet dat je altijd een keuze hebt, ook al voelt het soms anders. Gevoel komt namelijk voort uit onze eigen gedachten. Hoe we over iets denken, bepaald hoe we ons erover voelen. Als je denkt dat je geen keuze hebt, zal je geneigd zijn om te voelen dat je iets móet doen. Als je merkt dat je voelt dat je het moet doen, vervang dan het woord ‘moeten’ eens door ‘kunnen’. Stel jezelf de vraag of je het zou kunnen doen in plaats van of je het zou moeten doen. En heb je al iets toegezegd, maar merk je dat het niet goed voelt, wees dan niet bang om erop terug te komen. Zelfs als dat betekent dat de ander er niet blij mee is of er boos over kan worden. Je zult ervaren dat je ook sterke gevoelens naar de ander zult hebben als ze jou iets ‘opdringen’ wat je eigenlijk niet wil. En dat doet ook iets in de relatie. De vraag is of het echt zo erg is als de ander teleurgesteld is of boos wordt, en of dat het de relatie in gevaar brengt. Vaak valt dat wel mee. Het geeft vaak eerder duidelijkheid en ruimte, ook voor de ander. Als jij ‘nee’ zegt, weet de ander tenslotte waar hij aan toe is. Dat geeft ook grip voor de ander. Natuurlijk kan diegene teleurgesteld zijn, maar hij krijgt ook de kans om iemand anders te vragen die er wel energie, tijd en zin in heeft.
Kom je er zelf niet uit waarom je toch elke keer weer ‘ja’ zegt als je eigenlijk nee wilt zeggen? Of lukt het niet om daar zelf verandering in te brengen? Dan kan het helpen om er eens met iemand over te praten. Dat kan met je partner of een goede vriend of vriendin. Doe je dat liever met iemand die neutraal naar jouw situatie kan kijken, neem dan contact op met een professional. Als psychosociaal therapeut kan ik je helpen jouw motief om over je eigen grenzen heen te gaan helder te krijgen en je helpen een manier te vinden om daar mee om te gaan.
Bronnen: Vonk, Sociale psychologie, Noordhoff Uitgevers 2009
Zet de eerste stap naar herstel!
BEZOEKADRES
Introspectrum
Praktijk voor Psychosociale Hulpverlening
Laan der Techniek 22-O
3903AT Veenendaal
Introspectrum
Praktijk voor Psychosociale Hulpverlening
Laan der Techniek 22-O
3903AT Veenendaal
CONTACT
Jacqueline Hovenkamp
Psychosociaal Therapeut
Tel: 06-83 24 56 19
Mail: info@introspectrum.nl
Mijn praktijk staat op Therapeuten Kompas. Hier is mijn profiel: Mijn profiel
Jacqueline Hovenkamp
Psychosociaal Therapeut
Tel: 06-83 24 56 19
Mail: info@introspectrum.nl
Mijn praktijk staat op Therapeuten Kompas. Hier is mijn profiel: Mijn profiel